Artikelen-tabel - Informatica

In dit hoofdstuk ga je meer artikelen toevoegen en krijgen je artikelen meer velden, zoals een beschrijving en een prijs.

3.1Uitleg: Gegevens toevoegen¶

Uitleg

Gegevens toevoegen met INSERT INTO¶

Als de tabel bestaat, kun je er gegevens in zetten.
Dat doe je met de opdracht INSERT INTO.

Je geeft aan:

aan welke tabel je iets toevoegt
welke kolommen je invult
welke waarden je opslaat

Voorbeeld: één product toevoegen¶

INSERT INTO products (id, name, price)
VALUES (1, 'Smurfin', 9.50);

In dit voorbeeld:

de gegevens gaan naar de tabel products
je vult drie kolommen in: id, name, price
de waarden zijn:
- 1 voor id (een uniek nummer)
- 'Smurfin' voor name (een tekst)
- 9.50 voor price (een kommagetal)

Voorbeeld: meerdere producten toevoegen¶

Je kunt meerdere regels toevoegen door meerdere INSERT commando’s onder elkaar te zetten. Je kunt ook meerdere regels tegelijk toevoegen met één insert commando. Dit gaat als volgt.

INSERT INTO products (id, name, price) VALUES
  (2, 'Muzieksmurf', 14.95),
  (3, 'Grote smurf', 10.50);

3.2Opdracht: Voeg artikelen toe¶

Tips

Aanpassingen in de database doe je in het bestand /data/init.sql. Na een aanpassing moet je de database opnieuw maken met het terminal-commando bash start.sh.
Als je helemaal geen artikelen meer ziet, dan heb je waarschijnlijk een fout gemaakt in de sql. Foutmeldingen verschijnen in de terminal als je de database opnieuw aanmaakt.
Voeg elk artikel toe met een apart INSERT INTO commando.
Als de artikelen zichtbaar zijn, probeer dan de leesbaarheid van je code te verbeteren door alle artikelen in één INSERT INTO commando te zetten.
Er staat een komma tussen elke artikel in een INSERT INTO commando, er staat geen komma na het laatste artikel in INSERT INTO.

3.3Uitleg: Een tabel maken in SQL¶

Uitleg

Wat zit er in een tabel?¶

In een database staan gegevens in tabellen. Een tabel bestaat uit kolommen.

Elke kolom heeft:

een naam (zoals id of name)
een gegevenstype (zoals tekst of een getal)

Veelgebruikte gegevenstypen:

TEXT → een stuk tekst (zoals “Smurfin”)
REAL → een kommagetal (zoals 9.50 of 14.95)
INTEGER → een heel getal (zoals 1, 25, 100)
INTEGER PRIMARY KEY is een bijzondere soort INTEGER, het is een heel getal en elke waarde in de kolom mag maar één keer gebruikt worden.

Voorbeeld om een tabel te maken in SQL¶

CREATE TABLE products (
    id INTEGER PRIMARY KEY,
    name TEXT,
    price REAL
);

Deze tabel heet products. Er staan drie kolommen in:

id: een uniek nummer voor elk product
name: de naam van het product, dit is een tekst
price: de prijs van het product, dit is een kommagetal

3.4Opdracht: Voeg artikel-beschrijvingen toe¶

Tips

Aanpassingen in de database doe je in het bestand /data/init.sql. Na een aanpassing moet je de database opnieuw maken met het terminal-commando bash start.sh.
Let op foutmeldingen in de terminal als je de database opnieuw aanmaakt.

3.5Opdracht: Voeg artikel-prijzen toe¶

Tips

Denk aan het juiste gebruik van komma en punt, zie de uitleg hierboven.
Zie tips bij de vorige exercise.

3Artikelen-tabel

3.1Uitleg: Gegevens toevoegen¶

3.2Opdracht: Voeg artikelen toe¶

3.3Uitleg: Een tabel maken in SQL¶

3.4Opdracht: Voeg artikel-beschrijvingen toe¶

3.5Opdracht: Voeg artikel-prijzen toe¶