1.1Leerdoelen (concept van GEES)¶
Welke sensoren en actuatoren
- Ingebouwde knop
- Losse knop
- Ingebouwde led’s aan/uit zetten
- Losse led’s aan/uit en dimmen
- Losse piezo buzzer
- Timer
Circuits
- een breadboard begrijpen en gebruiken
- welke pinnen zijn voor welke sensoren en actuatoren te gebruiken
- verschil tussen knop en schakelaar begrijpen en afhankelijk van de situatie de juiste kunnen gebruiken
- pull up weerstand begrijpen wat het is en kunnen toepassen
- pwm begrijpen wat het is en kunnen toepassen
Eenvoudige code
- De makecode omgeving gebruiken voor het maken, opslaan, laden, simuleren, op de microbit uitvoeren van code
- Eenvoudige programma’s maken die de werking van sensoren en actuatoren demonstreren.
Toestandsdiagrammen
- Toestandsdiagram lezen
- Toestandsdiagram tekenen op basis van beschrijving
- Regels van toestandsdiagrammen kunnen toepassen en checken of diagram daaraan voldoet
- Tabel maken van toestandsdiagram
Toestandsdiagrammencode
- Toestandsdiagram omzetten naar code met events eerst
- Toestandsdiagram omzetten naar code met toestand eerst
1.2Leeswijzer¶
Bij physical computing draait het om computersystemen die gebruik maken van sensoren (om iets waar te nemen) en actuatoren (om iets in gang te zetten). Een relatief simpel voorbeeld is de thermostaat die je in de meeste huizen vindt. De thermostaat meet de temperatuur met één of meerdere temperatuursensoren in huis. Als de temperatuur te laag is, zet het systeem de verwarming aan. De verwarming is een actuator.
Ook een sporthorloge hoort bij physical computing. Een veel complexer systeem is een zelfrijdende auto. Of een robotchirurg. En zo zijn er duizenden toepassingen. In de volgende paragrafen geven we nog enkele voorbeelden van physical computing. Bepaal samen met je docent welke voorbeelden je gaat bekijken.
In de rest van de module zul je natuurlijk ook allerlei toepassingen vinden van physical computing.